Daar gaan we dan |
Vanmorgen lag er een brief van één van mijn jongens om me sterkte te wensen.
Hij vond me zo sterk en daar was hij jaloers op zei hij, maar …….. hij moest
eens weten hoe het er van binnen uitziet. Uiterlijk houd ik me sterk, maar
van binnen ligt het toch aardig overhoop. Alleen de kracht van God houdt me
overeind. Vanmorgen las ik tijdens mijn stille tijd juist de tekst: Werp uw
zorg op de Heere, want Hij zorgt voor u. Gelukkig als je dat kunt doen, want dan
ben ik veilig. Met Hem kan en durf ik zo naar het ziekenhuis, met de wetenschap en
belofte dat Hij voor me zal zorgen! Dat Hij bij mij en Henk zal zijn in de
moeilijke tijd die aanstaande is.
De eerste kuur krijg ik op een eenpersoonskamer. In eerste
instantie vind ik dit jammer, maar dit doen ze altijd bij iemand die voor de
eerste keer de chemo krijgt. Het is allemaal nog nieuw en zodoende kunnen ze je
dan wat beter begeleiden. De volgende keren ben ik met twee of drie mensen
samen op een kamer. Als ik eenmaal plaats moet nemen op het bed is het wel even
moeilijk om de emoties te bedwingen, maar gelukkig krijg ik mezelf weer snel
onder controle. Je wilt daar ook niet gaan zitten snotteren. Het infuus wordt
geprikt en zit gelijk goed en dan begint het toedienen. Eerst iets tegen de
misselijkheid en tegen ontstekingen, daarna steeds doorspoelen en de
cytostatica. Al snel krijg ik een heel koud gevoel in de arm, dit komt doordat
er constant vloeistof door loopt. Ik krijg van de verpleegkundige een
badhanddoek om over de arm te leggen en zodoende het koude gevoel wat terug te
dringen. Van al het toedienen heb ik eigenlijk geen bijzondere hinder, ook voel
ik me tot het eind toe heel goed. Het enige waar ik op het laatst wat last van
heb, is een drukkend, branderig gevoel achter mijn ogen en wat vage hoofdpijn.
Maar een paar paracetamollen helpen al snel. Met een gezond gevoel gaan we
richting huis, waar we naar de kinderen bellen dat we weer thuis zijn.
Dus al snel zit het huis vol met een aantal kinderen en kleinkinderen. In eerste instantie is iedereen wat huiverig om dat te doen, maar ik voel me nog goed, dus daar moeten we maar van profiteren. En ik hoef niets te doen, ik mag blijven zitten. Maar …….. terwijl het bezoek er is, kruipt er toch een wat vaag gevoel mijn lichaam binnen, een raar gevoel in de darmen, draaierig hoofd en mijn maag gaat raar doen. Het eten staat gelukkig klaar, maar of ik er zelf nog van zal eten …….? Dat durf ik nog niet te zeggen. Ik hoop dat het niet te erg door zal zetten, maar ik moet er maar wel rekening mee houden dat het slechter zal worden. Afwachten maar! Daarom schrijf ik nu maar vast wat, want ik weet niet wanneer er weer van zal komen. Zo gauw ik de gelegenheid en kracht ervoor heb, hoop ik verder te schrijven.
Het zit erop/erin |